Eenendertigen is een kaartspel waarbij het doel is om met drie kaarten zoveel mogelijk punten te krijgen. De beste kaartcombinatie is 31 punten, vandaar de naamgeving van het spel. In Frankrijk staat het bekend als Trente et un, maar in Nederland ook onder de namen 31'en en kaartspel 31. Op deze pagina staan de twee meest gebruikte spelregels, maar in de praktijk zijn er heel veel bedachte afwijkingen op de regels een eigen leven gaan leiden. Om het spel te spelen heb je alleen maar een standaard pak kaarten nodig, meer niet! Het is geschikt voor twee tot vier personen.
Eenendertigen Spelregels
Wat je moet weten is dat er twee hoofdstromingen in de spelregels van eenendertigen zijn:
- Klassiek
- Modern
De regels voor beide varianten zijn niet hetzelfde en wijken op onderdelen af. Hoe de waarde van de hand bepaalt wordt is wel hetzelfde. Het puntenaantal bepaal je op basis van de waarde per soort (schoppen, klaver, harten of ruiten) en niet in totaal. Het aantal punten per soort is het maximale puntenaantal. Daarentegen zijn drie kaarten van dezelfde waarde, maar wel in drie verschillende soorten, 30 en een halve punt waard.
Klassiek 31'en
De klassieke variant gebruikt geen heel pak kaarten, maar een selectie daaruit: alleen de zeven tot en met de aas. Tel voor de zekerheid de 32 kaarten nog eens na. Deze kaarten noemt men ook wel de 'piketkaarten'. De waarde van deze kaarten is als volgt:
- Zeven: 7
- Acht: 8
- Negen: 9
- Tien: 10
- Boer: 10
- Dame: 10
- Heer: 10
- Aas: 11
De deler schud de kaarten grondig voorafgaand aan de ronde. Vervolgens deelt de deler vanaf de bovenkant van de stapel kaarten elke speler, met de klok mee, drie kaarten. De laatste drie kaarten legt de deler open in het midden van de tafel naast de stapel dichte kaarten. Deze drie open kaarten noemt men de 'pot'. Dat betekent dat er drie open kaarten op tafel liggen en 15 kaarten op de stapel. De 15 kaarten op de stapel doen niet meer mee!
De speler links van de deler mag beginnen. Deze heeft de keuze om de eigen hand te ruilen tegen de drie kaarten op tafel. Zo niet, dan mag deze ervoor kiezen om één kaart te ruilen. Zodoende blijven er drie open kaarten op tafel liggen. Vervolgens is de volgende speler aan de beurt en deze krijgt dezelfde twee opties: drie kaarten of één kaart ruilen. Daarentegen moet deze wél direct passen als alle drie kaarten worden geruild. Passen betekent een definitieve hand.
Ligt er een zeven, acht en negen in de pot? Dat noemt men 'vuile was' en die moet hoognodig verschoond worden. Oftewel, de deler verwisselt de drie kaarten voor drie nieuwe kaarten.
Hoe win je met klassiek eenendertigen?
Ben je tevreden over je puntenaantal? Dan mag je op elk gewenst moment passen en wachten op de rest. Roep dan: 'Pas'! Laat je kaarten nog niet aan de anderen zien, want zij kunnen die informatie gebruiken om tot een hoger puntenaantal te komen. Je puntenaantal is na het passen definitief en kan niet meer veranderen. Wees dus zeker van je zaak als je past: There's no way back!
Heb je 31 punten? Roep dan: '31 slaat alles'! Dan mogen de andere spelers nog één keer wisselen. Heeft nog niet iedereen gepast of niemand 31? Dan eindigt de ronde als iedereen vijf keer gewisseld heeft of als de resterende spelers vijf keer gewisseld hebben. Aan het eind vergeljken de spelers de kaarten met elkaar en bepalen de winnaar op basis van het puntenaantal.
Modern 31'en
De moderne variant gebruikt wel een heel pak kaarten van 52 kaarten. De waarde van deze kaarten is als volgt:
- 2 t/m 10: 2 t/m 10
- Boer: 10
- Dame: 10
- Heer: 10
- Aas: 11
De deler schud de kaarten grondig voorafgaand aan de ronde. Vervolgens deelt de deler vanaf de bovenkant van de stapel kaarten elke speler, met de klok mee, drie kaarten. De laatste kaart legt de deler open in het midden van de tafel naast de stapel dichte kaarten. Dat betekent dat er één open kaart tafel ligt en 39 kaarten op de stapel.
De speler links van de deler mag beginnen. Deze heeft de keuze om de open kaart te pakken of de bovenste dichte kaart van de stapel. Welke keuze de speler ook maakt, daarna moet de speler een kaart uit zijn hand op en open stapel leggen. Zodoende houdt de speler drie kaarten, waarvan er nu één is omgewisseld. Daarnaast ligt er sowieso nog één open kaart op tafel. Vervolgens is de volgende speler aan de beurt en deze krijgt dezelfde twee opties: een open kaart of een kaart van stapel.
TIP: Houd de open kaarten in de gaten, zodat je kunt inschatten welke kaarten mogelijk nog uit de dichte stapel kunnen komen.
Hoe win je met modern eenendertigen?
Heb je het vermoeden de beste kaartcombinatie met de hoogste waarde te hebben? Dan mag je op elk gewenst moment passen en wachten op de rest. Roep dan: 'Pas'! Heb je 31 punten? Roep dan: '31 slaat alles'! Dan mogen de andere spelers nog één keer wisselen.
Heeft nog niet iedereen gepast of niemand 31? Dan eindigt de ronde als de stapel dichte kaarten op is. Dan vergelijken de spelers de kaarten met elkaar en bepalen de winnaar op basis van het puntenaantal.
Wat is het verschil met 21'en?
De namen van beide spellen lijken erg veel op elkaar, maar wat het dan het verschil? Bij eenentwintigen de bedoeling om 21 punten te krijgen en anders zoveel mogelijk punten. Bij eenendertigen is dat met 31 punten. Het zijn beide kaartspellen, voor de rest zijn er eigenlijk niet zoveel overeenkomsten.
21'en speel je namelijk tegen de bank, net als blackjack, en niet tegen andere deelnemers. De telling van de punten is onafhankelijk van de soort (schoppen, klaver, harten of ruiten) kaarten.